Omgekeerde codering uitvoeren in excel (met voorbeeld)
Bij het maken van enquêtes herformuleren onderzoekers soms ‘positieve’ vragen op een ‘negatieve’ manier om ervoor te zorgen dat individuen consistente antwoorden geven.
We zeggen dat dit soort vragen omgekeerd gecodeerd zijn.
Wanneer u een enquête gebruikt om een samengestelde score aan individuen toe te kennen, is het belangrijk ervoor te zorgen dat omgekeerd gecodeerde vragen ook een omgekeerde score krijgen.
In het volgende voorbeeld ziet u hoe u scores op omgekeerd gecodeerde vragen in Excel kunt omkeren.
Voorbeeld: omgekeerde codering in Excel
Stel dat onderzoekers een enquête met vijf vragen afnemen onder tien mensen, waarbij de mogelijke antwoorden op elke vraag zijn:
- Helemaal mee eens
- Aanvaarden
- niet eens, niet oneens
- Om het niet mee eens te zijn
- Sterk oneens
De volgende schermafbeelding toont de onderzoeksresultaten waarbij aan ‘Zeer mee eens’ de waarde 5 wordt toegekend, aan ‘Eens’ de waarde 4 wordt toegekend, enzovoort:
Er wordt van uitgegaan dat de vragen 2 en 5 omgekeerd gecodeerd zijn, dus moeten we hun scores omkeren.
Dat is te zeggen:
- 1 moet 5 worden.
- 2 moet 4 worden.
- 3 moet 3 worden.
- 4 moet 2 worden.
- 5 moet 1 worden.
De eenvoudigste manier om dit te doen is door de maximaal mogelijke score (5) te nemen en 1 op te tellen om 6 te krijgen. Trek vervolgens de oorspronkelijke scores af van 6 om de omgekeerde scorewaarde te krijgen.
Bijvoorbeeld:
- 5 wordt: 6 – 5 = 1 .
- 4 wordt: 6 – 4 = 2 .
- 3 wordt: 6 – 3 = 3 .
- 2 wordt: 6 – 2 = 4 .
- 1 wordt: 6 – 1 = 5 .
Om dit in Excel te doen, kopieert en plakt u eenvoudig alle originele antwoorden in een nieuw gebied van de spreadsheet:
Typ in cel B17 : =6-B2 . Kopieer en plak deze formule vervolgens in alle andere cellen in kolom B.
Typ in cel E17 : =6-E2 . Kopieer en plak vervolgens deze formule in alle andere cellen in kolom E.
De scores in kolom B en kolom E worden nu beide omgekeerd gecodeerd:
Aanvullende bronnen
In de volgende tutorials worden andere termen uitgelegd die vaak worden gebruikt in vragenlijsten en enquêtes:
Wat is gezichtsvaliditeit?
Wat is voorspellende validiteit?
Wat is gelijktijdige validiteit?
Wat is inhoudsvaliditeit?